Dit kan er ook op wijzen dat er lokale Groepsbeleidsinstellingen zijn ingesteld. (U kunt een malwarescan uitvoeren als u zeker weet dat u deze instellingen niet doelbewust hebt aangepast. Het is ook denkbaar dat antivirusprogramma’s of systeemonderhoudsprogramma’s dit gedaan hebben.)
Om het lokale groepsbeleid van uw machine te inspecteren en aan te passen, drukt u op Win+R, type gpedit.msc
, en drukt u op Enter. In het linkerdeelvenster breidt u Administratieve sjablonen uit onder Computerconfiguratie. De instellingen voor Windows Update staan in de map genaamd Windows Update onder Windows Componenten. De instellingen voor gebruikersprofielen staan in Gebruikersprofielen onder Systeem onder Administratieve sjablonen.
Nadat u een map hebt geselecteerd die beleidsinstellingen bevat, kunt u dubbelklikken op de beleidsregels in het hoofdvenster om deze in te schakelen, uit te schakelen en te configureren. Het instellen van policies op Not Configured zal in de meeste gevallen de normale UI (bijv. in het Configuratiescherm) inschakelen. Zodra u klaar bent met het aanpassen van de policies, sluit u de Local Group Policy Editor en typt u gpupdate
in het dialoogvenster Run. Herstart of log indien nodig opnieuw.
Lees meer over de Editor voor lokaal groepsbeleid op TechNet.
Als u een thuiseditie van Windows hebt, staat de registerweergave van de Windows Update Group Policy-instellingen op \SOFTWARE\Policies\Microsoft\Windows\WindowsUpdate
. De meeste instellingen staan onder HKEY_LOCAL_MACHINE
, maar er zijn er enkele in HKEY_CURRENT_USER
. Er kan ook een AU
-subkey zijn. Het verwijderen van de waarden keert de instellingen van het groepsbeleid om.